Het is weer zover; ik pak mijn boodschappen een voor een uit en bemerk dat ik één ding vergeten ben. Dat gebeurt me vaker, zo niet vrijwel altijd. Natuurlijk maak ik een boodschappenlijstje, maar dat helpt niet. Ik zie dat ene ingrediënt over het hoofd, of had al vergeten het op de lijst te zetten. Ik vloek. De supermarkt is niet ver maar omdat het zaterdag is en extra druk, wil ik niet terug. Ook niet niet voor dat ene ingrediënt. Het voelt als gezichtsverlies. Een enkele keer loop ik naar de andere supermarkt maar die is verder weg en ik heb, dat is de kern van de zaak, al weer genoeg van boodschappen doen.
Soms moet ik wel terug, als ik ‘ontbijt’ op mijn lijstje had staan en geen brood heb meegenomen bijvoorbeeld. Ik kan natuurlijk iets laten bezorgen, in een koffietentje gaan ontbijten of een vegetarische schotel maken van de maaltijd waarin eigenlijk gehakt had gemoeten. Koffie zonder melk drinken. Als ik geluk heb, ligt er nog iets in de koelkast om mee te improviseren – soms wordt het dan zelfs lekkerder, kom ik onverwacht op een goed idee.
Heb ik het te druk, heb ik teveel aan mijn hoofd? Of is het mijn leeftijd, het begin van geheugenverlies? Ik wil dat graag ontkennen. Wat me wel enigszins zorgen baart, is dat het vaak om het cruciale ingrediënt gaat: de kip voor de kipschotel, de pasta voor bij de eh… pastamaaltijd. Wat ik vandaag eet kan gelukkig best zonder die garnalen, ook al was het daarmee eigenlijk begonnen; dat ik weer eens garnalen wilde eten.
Blog
Broeder Dieleman
Broeder Dieleman, ‘Lovenpolder’ van Uut de bron (2015).
Democratie
Ik had het zelf niet beter kunnen verwoorden dan Volkskrantcolumnist Bert Wagendorp:
Vaarwel Gianmaria
Gianmaria Testa, 17 oktober 1958 – 30 maart 2016…
‘Gianmaria se n’è andato senza fare rumore. Restano le sue canzoni, le sue parole. Resta il suo essere stato uomo dritto, padre, figlio, marito, fratello, amico.’
Hacking Habitat
Den Willecom
Misschien waren er wel cafés in Edegem maar we wilden niet verder zoeken en stapten de kantine van sporthal Den Willecom binnen. Dwars door de schemerige kantine keken we in de fel verlichte zaal, waar twee vrouwenteams een volleybalwedstrijd speelden. In een ruime kring voor de bar zaten zo’n vijfentwintig mannen, sommige in sporttenue, eentje in een baby-roze konijnenpak, de capuchon met grote oren afhangend in de nek. Derde helft of vrijgezellenfeest? Misschien wel allebei. Er werden in ieder geval continu grappen gemaakt. Op zijn Vlaams, dus nog altijd redelijk ingetogen. Boven hun hoofden en boven de bar, hing een groot televisiescherm, waarop een natuurdocumentaire te zien was. De commentaarstem was onverstaanbaar, maar zo nu en dan hoorde je de voor dergelijke programma’s zo karakteristieke intonatie toch zacht door het praten en lachen van de mannenclub heen brommen.
Toen de barman zich over zijn verbazing over onze komst heen gezet had en geen excuus meer kon vinden om ons te bedienen, bestelde ik twee grote glazen bier bij hem. S. zocht ondertussen een plek aan tafel bij het raam. Ik slalomde langs de mannenroedel en zette de glazen op tafel. Niet lang nadat we onze eerste slok genomen hadden echter, bleken de dames al klaar met hun wedstrijd, en ruimden ze de ballen, banken en netten op. Het felle TL licht in de zaal ging uit, alleen de digitale klok bleef nog door het duister priemen.
In de kantine ondertussen steeg de stemming onder de mannen, om dan plotseling stil te vallen op het moment dat de leeuw een krokodil te grazen nam en even liet voelen wie toch echt de koning der dieren was. De mannen keken vol ontzag naar het scherm en zwegen, namen nog maar eens een slok van hun bier. Ook die ene in zijn konijnenpak.