‘Eindeloos gepuzzel leverde slechts het besef op dat geen enkel narratief het waard was aan de veelheid aan indrukken te worden opgedrongen. Het was wellicht vanaf het begin af aan onvermijdelijk: in de poging de nuance te nuanceren valt de werkelijkheid in al haar afzonderlijke stukken uiteen. Aforisme en fragment zijn daarmee de laatste vluchtheuvels geworden voor mijn onbenullige overpeinzingen over dit onderwerp, al heb ik ze waar mogelijk met touw en plakband of een pistool op de slaap alsnog gedwongen alinea’s te vormen. Deze tien paragrafen zijn de puinhopen van een poging de betekenislagen van een enkel woord af te pellen. De witruimtes mogen benadrukken hoeveel ongezegd blijft omdat ik het simpelweg niet weet of niet begrijp; zoals ook de nuance zelf draait om het besef van wat niet wordt gezegd of meegenomen in de overwegingen. (…) Ik vraag veel van u, dat weet ik, maar dit essay wil niets liever dan voor het oog van de lezer ten onder gaan. Ik kan alleen maar hopen dat u mij de idiote ambitie vergeeft. Of nog liever dat u, voor even dan toch, zich eraan wilt overgeven.’
[Jan Postma, ‘Puinhopen van een poging – over nuance’, in: Is dit alles? p. 198.]