Je hoeft je natuurlijk niets aan te trekken van de voorwerpen die je op straat tegenkomt. Sommige mensen zien ze niet eens en meestal is het ook gewoon afval, rommel, meuk. Ik heb echter de neiging in de aangeboden voorwerpen opdrachten te zien. Om mij heen vallen mussen van het dak – in ieder geval in Berlijn.
Dat wil overigens niet zeggen dat die tekens altijd een genoegen zijn. Die cd van ‘Carlones Kamal’ (Carlo Bonomelli) mocht dan een simpele, in het oog springende boodschap uitdragen (‘Just feel / Don’t think to much’), hij was van bedroevende kwaliteit.
Veel beter was het boek dat S. uit het stapeltje ‘zum mitnehmen’ viste naast een perkje rondom een boom naast de Lausitzerplatz; een exemplaar van Konstantin Paustovski’s Die goldene Rose. In dat boek vol ‘Gedanken über die Arbeit des Schriftstellers’ vertelt Paustovski in een reeks korte verhalen over zijn persoonlijke ontwikkeling en de volgens hem wezenlijke elementen van het schrijverschap. Ergens in dit boek komt hij te spreken over de ‘kleine portie gif’ die elk verhaal zou moeten bevatten – dat herinner ik me nog van de Nederlandse vertaling, die ik zo’n twintig jaar geleden las. Ik ben nog op zoek naar die passage.
Op zondag, nu precies een week geleden, in de tuin van het Joodse Museum, las ik wel al zijn intrigerende typering van de ‘(be)roeping’ tot het schrijverschap van ‘Dekker’ (Multatuli), wiens roem dus blijkbaar ook Rusland had bereikt, of in ieder geval een ruim denkende geest als Paustovski. Gedanken über die Arbeit des Schriftstellers… onvermijdelijk.