Voor degenen die het nog niet wisten: het LARP seizoen is geopend. Vraag me niet hoe ik verzeild raakte in deze subcultuur die ik altijd associeerde met mensen verkleed als elfjes, druïden, duivels en semi-middeleeuwse beulen, krijgers of prinsessen. Afgelopen zondag konden kinderen tijdens allerlei workshops in en rond werfkelders in Utrecht niet alleen een (kunststof) dolk of kostuums leren maken, leren zwaardvechten en boogschieten; ze maakten daarbij ook kennis met de spelregels. Ik was er bij en keek ernaar.
LARP is een afkorting van Life Action Role Playing en eigenlijk een uit zijn voegen gegroeid spel met honderden varianten en regels, een spel met afspraken, scenario’s en uitgewerkte rollen voor de deelnemers. Tussen de leren maskers, nepbijlen en tunieken, ontdekte ik dat er zelfs onderzoek naar gedaan wordt. In een jaarlijkse conferentie buigen wetenschappers zich over het fenomeen in de breedste zin des woords, met thema’s als ‘Why Japan does not LARP’, ‘Pre-larp workshops as learning situations’ en ‘From subculture to mainstream’. Veeg maar eens door de gratis beschikbare bundels heen van de Knudepunkt conferentie in Denemarken uit 2011: Think LARP, Talk LARP en Do LARP. Kostelijke lectuur.
De artikelen in de wetenschappelijke bundels worden nog interessanter als je ze leest als sociologische studies van experimenten met het bestaan – in een laboratorium genaamd LARP. LARP is een parallel universum zoals bijvoorbeeld sm – voor de duur van het spel, of de theory of mind van autisten – een leven lang. Een doorleefde metafoor, of: een voorbode van wat ons nog te wachten staat.