We zaten bij het raam en keken naar buiten, terwijl het langzaam donker werd. De lantaarns op het lege plein zetten de kastanjebomen in zacht spooklicht. De lampen boven de tafels weerspiegelden in de ramen. Het licht van buiten en dat van binnen vormden samen een klein sterrenstelsel. Niet daar en niet hier, alleen in het raam. Wij praatten ondertussen over de anderen, die er niet bij waren. We waren met z’n tweeën, maar toch met vier. Iedere zoveel minuten kwamen door een deur naast onze tafel plotseling nieuwe gasten het café binnen, met in hun kielzog een koude windvlaag. Iedere keer schrokken we op; het was alsof ons gezelschap verlaat was, en ineens zou komen aanschuiven. Zaterdagmiddag, onrustige harten.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.