Als buiten een storm opsteekt, knapt, kraakt en slaat dit oude huis met de deuren. Toch heb ik de indruk dat de wind niet echt om het puntdak giert, niet werkelijk tegen de gevel beukt, maar door het huis trekt, alsof er juist van binnenuit druk wordt gezet op de muren, de kozijnen, de spanten, de deuren en ramen. De wind lijkt in het binnenste van het huis zijn oorsprong te vinden en wil alsmaar toenemen, uitzetten, uitbarsten. De wind de wind is geest.
Polaroid van de dag
Oog in Al
No man is an island
Een paar dagen voordat we met zomervakantie gingen, stond ik in de winkel voor reisboeken, landkaarten en plattegronden te zoeken naar stafkaarten van de Ardennen. Achter mij vroeg een ouder echtpaar de verkoopster naar een kaart van Saba – een eiland dat voor zover ik weet uit niet veel meer dan een vulkaan en een landingsbaan bestaat. De verkoopster kon hen niet van dienst zijn, maar een man die tegenover hen door de bakken met landkaarten ging, zei dat hij nog wel over een exemplaar beschikte, en hen met alle genoegen een kopie wilde toesturen. Hij vertelde wat hij over Saba en andere eilanden in die regio wist, en maakte een bereisde indruk. Het oudere echtpaar was onder de indruk. Daarop zei de man dat hij eigenlijk nooit ergens heen ging. Hij verzamelde kaarten van landen en gebieden over de hele wereld, en las ze alsof het boeken waren. Hij was een man van de wereld en bleef thuis.
Uitgelezen 17
‘Na de Tweede Wereldoorlog kwam België in de ban van het Fordisme: een onverzadigbaar, economisch groeimodel gebaseerd op massaconsumptie. Vanaf de jaren 1960 werd dit gedemocratiseerde kapitalisme zelfs een heidense religie, die langzaam maar zeker het katholicisme wegduwde. Meer dan welke ideologie ook, heeft het Vlaanderen gekneed.
Ook deze steenweg hoort bij die kantelende tijd waarin de zuilen begonnen te barsten, terwijl tegelijkertijd het verschil tussen stad en platteland verdween. Na vijf kilometer heb ik nog niet het gevoel gehad dat ik Leuven volledig achter me gelaten heb. Ik wandel door een vaag tussenland dat de dorpen, die ik van de naamborden aflees, niet schijnt toe te behoren. Hier en daar vang ik achter de steenweg een glimp op van een weide, een oprit, een bedrijvenpark, een verkaveling, een winkelcomplex, een bosje. Elke hiërarchie of samenhang is afwezig, ook in de architectuur. Zoals de bloemen in de wegberm, mogen hier duizend bouwstijlen door elkaar bloeien. In een overzicht van Europese architectuur beschreef de Britse krant The Observer het ooit zo: “Belgium, the joker in the European pack, has managed to create an architecture of such splendid and full blooded chaos, that the visitor suspends all normal judgement.” Bijna valt het woord kunst.’
[Pascal Verbeken, Grand Central Belge. Voetreis door een verdwijnend land, p. 213-214.]
Herfsttuinderij
Schaduwen
Het is dat het zulk slecht weer is vandaag en dat ik op dit moment andere dingen te doen heb, maar zodra ik de tijd heb, ga ik ‘m schaduwen. Gewoon een paar dagen zien waar hij zoal naar toe gaat, hoeveel vrouwen, hoeveel levens hij eigenlijk heeft, of het wel waar is wat hij tegen haar gezegd heeft, hoeveel verhalen hij nog verzint. Sowieso vind ik het een aantrekkelijk idee om te schaduwen, om te weten wat het is om iemand achterna te lopen zonder meer van die persoon te willen dan informatie en zelf anoniem, ongezien te blijven. Observeren en feiten noteren. Het kan er natuurlijk van komen dat ik ineens naast hem sta en een gesprek met hem aanknoop, wil weten wat hij tegen iemand zegt die ineens naast hem staat en een gesprek met hem aanknoopt. Terwijl ik natuurlijk al de nodige voorkennis van hem heb. Hij zal het niet weten, want het komt waarschijnlijk niet eens in hem op dat ik zijn schaduw ben op de fiets naar zijn werk, in de tram en in de kroeg. Ik zal het niet voor hem doen, en ook niet voor haar maar voor mezelf. Om te weten hoe zo’n gemonteerd leven als het zijne eruit ziet; wat de dagelijkse situaties zijn, wat de gevolgen zijn van een dergelijk verknipt karakter. En natuurlijk om te zien of ik kan verschijnen en verdwijnen in zijn leven zonder dat hij me echt heeft opgemerkt – misschien zelfs om te ontdekken of ik zelf spontaan een nieuwe identiteit verzinnen kan.