‘Schrijven dat is het heilige in de alledag, het kunnen onderscheiden tussen de saaie kiem, kern en architectuur en de emailleglans van naad, van knooppunt en van het netwerk dat ruist als vele sprinkhaanvleugeltjes. Men moet in die regio al lezend naar binnen gaan, als aangetrokken door een duizelende lokroep en zien hoe alle tekst met elkaar verbonden is. (…) Schrijven is opera, theater, poppenkast, maskerade, overgang van zijn naar schijn, van man naar vrouw, van leven naar dood. Het is de ruimte van het ongehoorde, waar gifgas de lucht om te ademen verdringt, waar de adressant de zo noodzakelijk afwezige is, maar waar evenzeer de vereniging tot onbaatzuchtigheid een onderdak wordt geboden. Schrijven is het weet hebben van resonans, toespelingen, het verborgene, onzegbare, verzwegen. Direct zijn is vulgair. Het is ook de lust tor vernielen, de wil uit de wens geboren zich aan iets te kunnen vastklampen dat stevig is en bewezen. Schrijven is zonder nut of perspectief, het is een verslaving, een roesachtige dynamiek, het is zinloos maar de ware scribent kan het niet laten. Het is niettemin de luciditeit van de toxicomaan, een schalks delire, dat ook onder broeikasomstandigheden weet heeft van het dreigende dictaat der werkelijkheid; de dubbelzinnigheid van de drang om aan de vreselijke, liederlijke eenduidigheid te ontkomen in de overtuiging dat dit onmogelijk is. Het is goed in deze ondoorzichtigheden niet alleen te zijn, verliefd te zijn op zichzelf als verliefde, maar niet alles in handen te geven van deze begeleider. Dat is schrijven.’
[Willem Brakman, De gifmenger, p.19.]
Polaroid van de dag
Sacro GRA
We zochten eigenlijk de stilte – binnen, weg van de overvolle terrassen, in het filmhuis. En daar zagen we een onbekend Rome. Niet het culturele, decadente Rome van La grande bellezza, maar de armoede, de schaduwzijde, de buitenwijken. Het Rome dat de meeste Romeinen nauwelijks kennen. Het Rome van de ringweg a90 – die nooit zwijgt. We zagen fragmenten uit de dagelijkse levens van een aantal personages dat zijn opvallende zelf was in deze documentaire. Niet de buitenkant, maar goed gekozen, kenmerkende momenten uit hun soms eenvoudige, soms wonderlijke levens, die alleen een regisseur met goeie tipgevers, research en engelengeduld kon vastleggen.
Naar welke villa’s kijken al die mensen die tijdelijk bij elkaar geplaatst leken in het flatgebouw onder de aanvliegroute van Fiumicino? Wat voor leven hadden de oude hoeren in de lekkende camper met de platte voorband geleid? Hoe kwam die lokale palingvisser aan zijn Oekraïense vrouw? Wat was eigenlijk het levensverhaal van de permanent pratende brahmaan vol encyclopedische kennis en de jonge vrouw die zijn dochter leek en stug doorstudeerde? We kregen er geen antwoord op. Wel zagen we een klein, maar persoonlijk stuk van hun besloten levens, tragisch en kloppend tegelijk – zoals ieder leven. Er is misschien geen troost, maar schoonheid onmiskenbaar.
Wat in onze oren achterbleef, was het suizen van de ringweg, de Grande Raccordo Anulare, de Sacro GRA uit de titel: de diepe tonen van de vrachtwagenclaxons, de autobanden die over de spleten tussen de betonplaten in het wegdek gingen. Daarmee fietsten we naar huis en gingen we slapen. Van de verhalen die buiten beeld bleven, konden we slechts een vermoeden hebben, en het zette onze verbeelding in gang. Alleen daarom al moet jij deze geweldige documentaire ook gaan zien.
013
Uitgelezen 46
‘Met Homer werkte ik de theorie uit van de meerdere doden. Of misschien moet ik zeggen dat hij het zelf was die haar bedacht.
Het is zo dat mensen in een en hetzelfde leven meerdere keren sterven, waarde heer Owen.
Hoe gaat dat dan, meneer Collyer?
Mensen sterven, op onverantwoorde wijze laten ze een spook van henzelf voor hen in de plaats opdraven, en daarna leven ze door, de originele en het spook, ieder zijn eigen leven.
En hoe weet je wie een spook is van wie?
Soms is het makkelijk. Het uiterlijk, vooral de oren. Heeft u horen spreken over een jonge schrijver genaamd Samuel Beckett, die dit jaar het verhaal ‘Asssumption’ publiceerde?
Nog nooit.
En van de Weense filosoof die een paar jaar geleden enkele onnozelheden over de taal en de logica publiceerde die hij in een loopgraaf had geschreven?
Zeker, Ludwig Wittgenstein, die is wel beroemd: ‘De wereld is alles wat het geval is.’ Maar hem heb ik ook niet gelezen.
Dat maakt verder niet uit. Laatst kwam mijn broer thuis met de krant. Hij las me zoals elke dag de stukken voor over de samenleving, de cultuur en de politiek. In een politiek stuk stond een verwijzing naar Beckett, en in een cultureel artikel had men het over die jonge Beckette. Het kwam op me over dat ze het in beide stukken over een en dezelfde persoon hadden. Ik vroeg mijn broer of er foto’s bij stonden van de twee. Mijn broer bevestigde mijn vermoeden: dezelfde oortjes. Een paar uur lang bespraken we het geval vanuit verschillende invalshoeken en we waren het met elkaar eens: van de twee is Ludwig het spook en Samuel het origineel.
Maar is Wittgenstein niet de oudste?
Dat doet er niet toe.
Eh, hoezo?
Verdraaid, meneer Owen, was u het niet die zich de toekomst weet te herinneren?
[Valeria Luiselli, De gewichtlozen, p.149-150.]
You must believe in Spring
Big Data: wie luistert er mee?
Onder de titel Big Data: wie luistert er mee? organiseren het Louis Hartlooper Complex en het Departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap (USBO) van de Universiteit Utrecht op 13 en 27 mei en 10 en 24 juni 2014 de vijfde editie van de filmreeks Science & Fiction. In de geest van filmexplicateur Louis Hartlooper houden wetenschappelijke onderzoekers van USBO een korte inleiding bij iedere film. Na afloop kunnen bezoekers met hen in gesprek. Dit jaar is het thema ‘Big Data’.
Dinsdag 13 mei, 19.00 uur: Yeralti
De filmreeks gaat op dinsdag 13 mei om 19.00 uur van start met de Turkse film Yeralti. De inleiding is van dr. Stephan Grimmelikhuijsen. Hij belicht de voordelen en de ‘duistere zijde’ van transparantie van overheidsorganisaties.
Big Data: wie luistert er mee?
Wie luistert er mee? Veiligheidsdiensten verzamelen heel veel informatie. Internetbedrijven met ‘gratis’ producten bestaan van het verzamelen en verhandelen van grote hoeveelheden data. Data die wij, achteloze burgers en consumenten genereren zonder dat we ons daar bewust van zijn. ‘Big Data’ zijn het nieuwe goud.
De vragen naar doelen en grenzen van een steeds nieuwsgieriger wordende overheid en bedrijfsleven zijn talloos en legitiem. Heiligt het doel de middelen? Hoever mag je gaan? Wie houdt toezicht op deze informatieverzamelaars, en wat mogen wij zelf aan transparantie verwachten? Bestaat er nog privacy, of is dat begrip achterhaald? Wat zijn de risico’s en gevolgen van de verbinding van al die data? Misschien is al te grote angst onterecht, maar Big Data zijn niet slechts een bron van nieuwe inzichten. Ze zijn kans en bedreiging ineen.
Meer weten?
Lees meer over de filmreeks Science & Fiction op de website.