Twee keer een bord met ‘Koffie + appeltaart 4,50’ erop en ik denk, heel even, aan de gigantische hoeveelheid appels die door het gehele land geteeld worden en aan de oogst, de distributie en de taartenbakkerij die daarop volgt. Jaar na jaar. Alsof ik alles in een keer wil bevatten. Dat gaat niet, dat is niet goed voor mij.
Een week later fiets ik in de schemering naar huis en passeer een weiland waar een sproei-installatie een veld nat maakt, omdat de gewassen anders zouden verdorren. Aan de halve watercirkels op de ernaast gelegen weg te zien, is de sproei-installatie al een aantal keren verplaatst. De boeren gaan daar waarschijnlijk de hele avond mee door, totdat het hele veld beregend is. Zij hebben geen rust, zij zijn van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat aan het werk. Zij hebben geen vakantie en waarschijnlijk ook te weinig tijd om de ontwikkelingen in de samenleving te volgen. Prompt ben ik zo’n boer, en die rust ook even kwijt. Maar direct daarna besef ik dat het niet waar is en schud ik ook deze dagdroom van me af.
Wat te doen als loslaten niet meer lukt? Ook daarover denk ik nog even na terwijl ik tussen de bomen doorfiets die omspannen zijn met rood-witte linten. Gedachten als rupsen, soms in processie. Gelukkig hebben ze zich nog altijd niet tot angsten, tot nachtvlinders ontpopt.