Tijdens de Vorlesebühne met als thema ‘Het vloeiende denken in een vierkante wereld’ zagen we onder anderen Wim Noordhoek optreden. Noordhoek was, samen met ‘Boeken’ presentator Wim Brands een van de stemmen van het legendarische radioprogramma over literatuur en muziek De Avonden. Tussen de korte voordrachten van de andere schrijvers door vertelde Noordhoek smakelijke verhalen over dat programma en de schrijvers en dichters die erin optraden.
De Vorlesebühne is een maandelijkse avond voor ‘kort, vreemd proza’ die plaatsvindt in de oude houtzaagmolen De Ster, waar het tussen antieke zagen en gestapeld hout onder jute zakken aangenaam luisteren is naar verwarrende verhalen. Bedenker van de Vorlesebühne is de dichter en theatermaker Bernard Christiansen, die op deze avond opnieuw bewees de absurdistische parel aan de Utrechtse literaire kroon te zijn, met zijn korte teksten in de geest van Charms.
Grote liefhebber der letteren Wim Noordhoek bekritiseerde de populistische benadering die de CPNB in de voorbije boekenweek had gekozen bij het thema ‘waanzin’. Die kwam veel te dichtbij het door hem verafschuwde ‘prettig gestoord’ uit opdat er vooral nog een beetje gelachen kon worden. En dat terwijl krankzinnigheid zoveel verschillende, doorgaans onaangename gezichten heeft, zeker voor degenen die erdoor worden getroffen. Toch kon ook Noordhoek zelf het niet laten een paar grappen te vertellen, bijvoorbeeld over die keer dat hij voor De Avonden onbedoeld zowel Maarten Biesheuvel als A. Moonen had uitgenodigd. Biesheuvel stootte Noordhoek aan en zei over Moonen: ‘Die man is gek!’ Zij hadden elkaar blijkbaar eerder getroffen – in een inrichting.
In ‘de dode hoek’ van de Vorlesebühne vertelde Noordhoek meer anekdotes over de verguisde schrijver A. Moonen (‘A punt Moonen’ die, gevraagd naar waar de ‘A’ voor stond, antwoordde: ‘Voor Moonen’). Hij las een hilarische scène voor uit Moonens schaamteloze maar goed geschreven verhalen en deed daarbij een bescheiden imitatie van diens hoge, hese stemgeluid. Noordhoek richtte een monumentje op voor deze dode, bijna vergeten, maar door hem zo gewaardeerde auteur. En het was dankzij zijn stem, die al wat ijler wordende, breekbare stem die op het punt van verwaaien leek te staan, dat we onze ogen konden sluiten en aanwezig waren bij het treurige triootje dat Moonen beschreef. Voor even waren we terug in de radiotijd en we kregen er een dimensie bij.