Ook al was het een folly, de heremiethut in de Paltz, het was een oude folly en daardoor op de of andere manier echt geworden, zoals consequente fouten in het gebruik van de Nederlandse taal. Toen we ons er eenmaal toe verlaagd hadden naar de stenen hut op zoek te gaan en de rust van de heremiet te verstoren, moesten we eerst een doolhof van hagen door. Het ongeduld van vele eerdere bezoekers had al voor diverse openingen in de heggetjes onderweg gezorgd. We troffen de kluizenaar thuis, versteend en wel. Hij staarde, een kruis stevig op de borst geklemd, over de al even gebeeldhouwde bladzijden van een boek heen, waarop te lezen stond: ‘zo vergaat de glorie van de wereld.’ Het was de laatste waarschuwing.