De eerste werkdagen na de vakantie vallen soms zwaar. Ik heb er dit jaar wat minder last van, in mijn deeltijd ambtenarenbestaan. Ik ben gewoon aan het werk gegaan, dat is meestal de beste remedie. Wel smeulde diep in mij nog de gloeiende gedachte dat ik nog altijd meer jaren zal moeten werken dan dat ik tot nog toe gewerkt heb. Ik ben nog niet eens op de helft.
Toen ik daarover vanochtend bij het koffieapparaat een wolkje stoom uit mijn krater liet ontsnappen, vertelde een van onze hoogleraren over een onderzoek van een wetenschapper uit Tilburg, waarin was aangetoond dat het idee dat je nog heel lang zou moeten werken tot aan je pensioen, en dat dat een berg was om tegenop te zien, vooral een idee van jongere werknemers was. Was een gemiddelde werknemer eenmaal ouder dan een jaar of 50, 55 dan was niet alleen de absolute afstand in tijd tot het pensioen korter, maar beleefde hij ook zijn werktijd niet als een nog te lang durende periode. De beleving van wat er in de tussentijd gebeurde, was dus aan verandering onderhevig.
Ik kon dus niet alleen verwachten dat ik in de nabije toekomst steeds minder last zou krijgen van dergelijke oprispingen uit mijn binnenste, ik hoorde blijkbaar ook nog bij de ‘jongere werknemers’. De ambtenaar in mij was weer gerustgesteld. Blijkbaar was ook de wetenschap in staat soms vertroosting te bieden.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.