Vandaag precies een week geleden, in Berlijn, wandelden we ten zuidoosten van de stad, in de omgeving van Erkner. We stuitten er regelmatig op bordjes met een verwijzing naar leven en werk van Gerhard Hauptmann, van wie ik, moest ik tot mijn schande bekennen, nog nooit had gehoord. Deze Duitse schrijver, dichter en toneelschrijver woonde een aantal jaren van zijn, door ziekte geplaagde maar comfortabel op het vermogen van zijn schoonfamilie leunende bestaan in Erkner. In zijn woonhuis van toen is nu een Hauptmannmuseum ingericht. Precies een eeuw geleden, in 1912, kreeg Hauptman de Nobelprijs voor de literatuur.
We wandelden langs huizengroepen, door landschappen en woningen van personages die hem hadden geïnspireerd; een moeras dat later deels in cultuur was gebracht, in zijn tijd. De streek van Hauptmann.
Ik voelde min of meer de verplichting om me te verdiepen in het werk van de goede man (want wat moest ik anders met die bordjeswetenschap?), maar toen ik in een antiquariaat in Prenzlauerberg de volgende dag een boekje van hem in handen hield, liet ik me al snel ontmoedigen door de Gotische letters.
Het was er mooi, in de buurt van de Bretterscher Graben, de Kiekebuschweg (en wie was Kiekebusch?) en de Karutzsee. We hadden de atmosfeer geproefd, de zelfde bodem onder onze voeten gevoeld, onder de wuivende bomen en over de zonovergoten velden gelopen, er het weer zien omslaan. Dat moest maar genoeg zijn.
Nou ja, een postume felicitatie kan er ook nog wel vanaf: gratuliere, Gerhard.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.