Het heeft lang geduurd. Heel lang. Pas deze week heb ik definitief afstand gedaan van mijn cassettebandjes. Beluisteren deed ik ze allang niet meer. Alleen voor een kleine selectie van bijzondere bandjes had ik nog een cassettedeck. In de afgelopen jaren luisterde ik daar zo nu en dan naar, in een opwelling en hoorde ik eigenlijk alleen ongearticuleerd brommen en bonken. De kwaliteit van de cassettes was in dertig jaar flink afgenomen maar het maakte niet uit, want in mijn verbeelding bogen alle vervormingen in mijn gehoor terug tot de originele indrukken. Sinds ook die ultieme selectie echter vastliep in de spoelen, begon ik er mentaal afstand van te nemen.
In een kast had ik twee dozen met bandjes staan die ‘op weg naar de uitgang’ waren, overigens al jaren. Nooit meer beluisterd en toch niet weggegooid. Ze stonden in een vagevuur tussen oud speelgoed, uit het zicht. Maar deze week haalde ik ze tevoorschijn, nadat ik verschillende cadeaus had gekregen die verpakt waren in papier met cassettebandjes erop. Nostalgie. Daar wilde ik nog niet aan toegeven, en ineens was ik er klaar mee. Ik donderde de bandjes, zo’n 300 stuks in totaal, in twee vuilniszakken.
De hoesjes echter, wonderen van huisvlijt met schaar en lijm, verf en stift en, in twee gevallen, zelfs met het afgeknipte hoofdhaar van een vriend, blijf ik bewaren. Want die collages van beeldmateriaal uit vaak ook al niet meer bestaande tijdschriften (Vinyl!) zijn voor mij nog altijd herkenbaar. Ik kon destijds alleen aan de kleur van de rug van het bandje zien welke muziek erop stond. Ze getuigen soms van mijn persoonlijke geschiedenis en ze zijn de samenvatting van mijn muzieksmaak uit de jaren ’80, ’90 van de vorige en de jaren 00 van deze eeuw; van Theatre of Hate tot The Cure, van Teardrop Explodes tot The Wipers, van Pink Floyd tot Béla Bartók, van The Smiths tot Hüsker dü, van The Nits tot Ivy Green, van Franz Schubert tot Tim Buckley, van Test department tot Jean Sibelius. Enzovoort enzoverder.
De meeste muziek is natuurlijk nog online terug te vinden of, opnieuw, op vinyl of cd. Wat wel verloren ging, zijn de bandjes waarop vrienden verhalen bij de nummers hadden ingesproken of waarvan de unieke samenstelling niet nummer voor nummer was uitgeschreven op de hoesjes. Net als de live-opnames, de radio-uitzendingen. Daarvoor moet ik het doen met vage herinneringen.
Ik hoop dat ik tijdens het bladeren door een mapje met de vierkanten cassettehoesjes, net als een dirigent of een muzikant bij het lezen van noten op papier, de muziek weer voorbij hoor komen. Dat zou genoeg zijn.