Gisteravond zette ik een tafel in elkaar, vandaag twee boekenkasten, eerder al vier stoelen. Al met al ben ik, verspreid over twee weken, drie volle dagen bezig geweest met het herinrichten van mijn woon- en studeerkamer. Veranderingen in mijn bescheiden, maar volle appartement hebben namelijk meteen verregaande consequenties voor de positie van ander meubilair en zelfs het verplaatsen is een operatie die niet eenvoudig is. Vandaag verplaatste ik een aantal van de reeds aanwezige boekenkasten (alle boeken eruit, en elders er weer in) en moest ik mijn plannen soms ook nog aanpassen aan de opvallend scheve en niet haaks op elkaar staande muren en vloeren in mijn haastig in elkaar gezette wederopbouw-woning. Het leek een welhaast onmogelijke opgave om daarin met liniaalrechte kasten lijn in aan te brengen.
Ik heb vaak gezegd dat ik zou willen dat het schrijven van een roman zoiets als het timmeren van een kast kon zijn, een fysieke klus, omdat de geest soms geen grip op de dingen krijgt en een schroevendraaier wel. In de afgelopen dagen kon ik de vergelijking maken. Ik was intens tevreden met het heel concreet opvolgen van de aanwijzingen van de bouwpakketten. Ik haat wiskunde, maar kan het wel de schoonheid van een kloppende formule waarderen. En zo was het ook met de gebruiksaanwijzing, die ik kritiekloos opvolgde. Het had een meditatieve kwaliteit, ook al brak het zweet me soms uit.
Ondertussen gistte en borrelde het echter in mij, want van schrijven kwam op deze dagen niets, terwijl ik eindelijk weer een planning en een deadline had en die nu in het honderd zag lopen. Aan het einde van deze dagen was de innerlijke rust steeds weer verdwenen. Mijn huis was bijna op orde, maar in mijn hoofd werd het een puinhoop. Gelukkig is het nu klaar – met de woninginrichting. Tot zover dan ook de vergelijking: een roman is geen Zweeds bouwpakket.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.