Als ik een cryptogrammatische omschrijving van een dichter zou moeten geven, zou ik zeggen: ‘een schrijver die vlakbij is’. Precies zo’n schrijver was de auteur van de kleine, gekleurde briefjes die ik tijdens mijn struintocht tussen de dodenhuizen van Wenen her en der op ruiten, muren, lantaarnpalen en posters tegenkwam. Ik maakte er foto’s van, bij wijze van aantekening. Oppervlakkig gezien, leken ze aangename, poëtische mededelingen, cadeautjes voor de stadsbewoners, zomaar ergens in de openbare ruimte. Urbi et orbi.
De teksten op de gekleurde boodschappenbriefjes waren bij nader inzien nogal kritisch, agressief van toon en niet altijd even goed. Je kon ze in plaats van poëzie ook paranoïde oprispingen noemen; ze leken verdacht veel op verwijten van een gefrustreerde geest – hoe groot wellicht ook. De schrijver bleek Helmut Seethaler te zijn, die zichzelf ‘Zettelpoet’ noemt, ‘briefjesdichter’. Hij was een bekende figuur in Wenen en verspreidde zijn woord al meer dan dertig jaar door de stad, naast de kleine briefjes soms op lange stroken dubbelzijdig plakband in een hele serie op een lege wanden in de straten of op metrostations.
Hij had voor de rechter moeten verschijnen vanwege zijn straatkunst. Oostenrijk wil een keurig land zijn, Wenen wil zijn suikerzoete, zuivere straatbeeld niet laten bezoedelen. Guerillapoëzie, en dan ook nog gericht tegen het establishment, hoort daar bepaald niet bij.
In reportages over de Zettelpoet zag je hem soms aan het werk in de stad. Seethaler had ook met benzinestift op de granieten tegels voor een museum geschreven, als verzet van ‘de straat’, de ‘lagere kunst’ tegen de ‘hogere’. Hij was een populist, een vervelende provocateur, een humorloze beroepsactivist. Iedere stad krijgt de straatartiest die ze verdient.
Ik sta op zich niet onsympathiek tegenover de boodschappen die hij uitdraagt, maar ik had de indruk dat het hem tegenwoordig toch vooral om de aandacht te doen is, en minder om de inhoud. De ironie wil dat anderen zijn briefjes soms weghalen of met benzinestiften bewerken. Ook dat kan in de openbare ruimte, ook dat is de straat.