Er is een man die nu zijn pakken draagt en in zijn schoenen staat, zelfs zijn pyjama’s aanheeft ’s nachts. Het is gelukkig een goede vriend. En daar zijn er meer van. In lokale winkels zoals die voor bloemen, bij de sigarenhandel en de visboer konden liefhebbers zijn werken na besteding van een bepaald bedrag meekrijgen. En in de etalages van Kunsttraject in de Staatsliedenbuurt, zíjn buurt in Amsterdam, waren wekenlang foto’s, schilderijen, collages en andere objecten van zijn hand tentoon- en te koop gesteld. Zijn geliefde en zijn zoon hebben met zorg, en soms ook hoofdschuddend, zijn huis, atelier en opslagruimtes uitgemest. Wat daar in stond van waarde werd zoveel mogelijk aan dierbaren weggegeven en verkocht.
Vanavond gaat het in processie naar Zaal 100, waar een veiling plaatsvindt van de laatste stukken. Wat daarna nog volgt, zijn tentoonstellingen, een paar nieuwe boeken en wellicht nog bundelingen van verspreide stukken proza. En natuurlijk, wat al sinds zijn dood begonnen is; een schier eindeloze reeks anekdotes en sterke verhalen – ook een pakhuis vol, al is het grotendeels reeds verdicht en verschreven, verknipt, verplakt en verwerkt, ook voor na het leven.
Hij blijft trouwens gewoon naar ons zwaaien, vanaf de fiets op de zestien emaillen plaquettes die verspreid zijn over de muren van de buurt – die mede daardoor ook van hem blijft. We zullen zijn indringende, zagende, nasale stemgeluid natuurlijk blijven horen als we zijn gedichten en verhalen lezen. Die krijgen door zijn vroegtijdige dood misschien nog wel meer belangstelling, want sarcastisch genoeg zorgt de dood vaak voor onsterfelijkheid. En na de veiling van vanavond wordt zijn leven en werk, zijn as, verder verspreid, alsof hij een geëxplodeerde ster was. F. Starik, supernova.
Archief voor juni 2019
Iedere dag vrijdag
Vanzelfsprekendheden bestaan niet. Maar omdat ‘Studio Vrijdag’ klonk als een naam die er altijd geweest was, dacht ik er pas na een paar maanden aan te vragen waar hij eigenlijk vandaan kwam. Het antwoord was even prozaïsch als poëtisch: ‘Twintig jaar geleden werkten we nog in loondienst en waren we alleen op vrijdag Vrijdag. Na een half jaar werd het iedere dag vrijdag. Dat vieren we dagelijks.’
Vrijdag, de laatste dag voor het weekend. Casual Friday, de dag waarop sommigen zich, eindelijk bevrijd van knellende beroepskleding, ontspannener naar hun werk begeven. De dag waarop veel deeltijdwerkers vrij zijn en jouw concentratie, als je wel aan het werk bent, dus niet komen verstoren. Op vrijdag bevrijdde Robinson Crusoë een man uit handen van menseneters en hij noemde zijn enige vriend op dat verlaten eiland naar die ene dag. O ja, en wat te denken van Friija, Freya en Venus, de naamgevers, de drie gedaantes waarin de godin van de liefde, de vruchtbaarheid en de wellust zich in verschillende tijden en plaatsen hulde? Dat is mythologie en Wikipedia, niet de werkelijkheid van deze dag.
Vrijdag is al jaren mijn favoriete dag van de week. Het is de dag waarop ik kan doen wat ik het liefste doe: werken, maar dan voor mezelf. Iedere vrijdag Goede Vrijdag dus. Vorige week was ik bovendien jarig, en Studio Vrijdag was jaloers. Maar dat was natuurlijk volkomen onterecht: iedere dag vrijdag, dat is pas een reden om feest te vieren.
Grijs gebied
Uitgelezen 103
‘So I had these ideas and they married up with some ideas I got from Barry Gifford’s book Night People, so I called Barry, then I flew up to Berkeley and met with him. I told him my idea and he didn’t like it, then he told me his idea and I didn’t like it, so we sat there and looked at each other for a little bit. Then I think I told him the idea of being at a party and meeting someone who tells you that they’re at your house at the same time that they’re talking to you, and Barry said, ‘I like that idea.’ Somewhere along the line we started riffing and Lost Highway came out.
It’s not a funny film, because it’s not a good highway these people are going down. I don’t believe all highways are lost, but there are plenty of places to get lost, and there’s some kind of pleasure in getting lost – like Chet Baker said, let’s get lost. And look what happened to him. He fell out of a window. Everybody’s searching for somebody, and when things get crazy you have a desire to get lost and do something, but lots of things you do get you in trouble. Taking drugs is a way of getting lost. There are so many good things about drugs that it’s a hard sell telling people not to take them, but you pay a price for taking them that’s worse than the good feeling they give you.’
[David Lynch and Kristine McKenna, Room to dream, p. 352-353.]