‘hij denkt
wat doe ik
maar iemand moet die kerels toch aan de tand voelen
het is doodstil en donker
hij bukt zich onder de dakgoot en blijft nog even in de duisternis staan
hij probeert zachtjes te ademen en te luisteren
hoort toch alleen maar zichzelf
windt zich op
zijn hart klopt
hij ademt
hoort zich ademen
het is veel te stil
zo stil dat kan helemaal niet
hij blijft staan
zijn rug tegen de huismuur
‘Shit’
fluistert hij in zichzelf
maar hij is nu eenmaal hier
vooruit dan maar
zijn rubberlaarzen maken geen geluid
als hij naar de voordeur sluipt
hij tuurt door de ruitjes
een onzinnige onderneming
in het diepste diep van de duisternis
‘Dat verdomde huis’
mompelt hij
voelt aan de kruk
niet op slot
maakt de deur open
doet een stap over de drempel’
[Michael Fehr, Simeliberg, p.80-81.]
Archief voor april 2019
Science & Fiction: De vrolijke wetenschap
Tien jaar filmreeks Science & Fiction betekent: tien jaar vrolijke wetenschap. Ook dit jaar laten filmtheater Louis Hartlooper Complex en de Universiteit Utrecht op vier avonden bijzondere films zien die je aan het denken zetten. Wetenschappers houden een korte inleiding en na afloop kunnen bezoekers daarover met hen in gesprek. Vanwege het tienjarige bestaan van de reeks is het thema dit jaar dan ook: De vrolijke wetenschap.
Waar worden wetenschappers vrolijk van? Je hoort het op deze vier dinsdagavonden:
14 mei: Alice in Wonderland – ingeleid door prof. dr. Barbara Vis
28 mei: Where the Wild Things are – ingeleid door dr. Jeroen Vermeulen
11 juni: Una via a Palermo – ingeleid door dr. Scott Douglas
25 juni: I, Daniel Blake – ingeleid door prof. dr. Patrizia Zanoni
Kom kijken, kom luisteren en kom meepraten! Locatie: Louis Hartlooper Complex, Utrecht. Aanvang: 19.00 uur.
Meer weten? Ga naar de website van Science & Fiction.
Dit is geen camping
Richting aangeven
Je kunt natuurlijk zeggen dat ik overdrijf. Je kunt beweren dat het een niets met het ander te maken heeft. Dat ik er altijd de politiek met de haren bijsleep. Zelfs dat ik een onuitstaanbare, naïeve braverik ben die gelooft in eenmaal gemaakte afspraken. Dat kan allemaal zo zijn en dat zou me dan irriteren. Toch beïnvloedt het me verder niet, alle gedragswetenschappelijke inzichten en aannames ten spijt. Ik blijf bij het rode stoplicht staan en merk op: het gaat de verkeerde kant op met dit land.
Ja, dat is inderdaad wat overdreven. Maar misschien heb ik nu wel even je aandacht. Al was het maar om ons nu samen af te kunnen vragen welke kant het eigenlijk wel opgaat. Heel concreet: waarom vrijwel niemand meer richting aangeeft in het verkeer.
De vraag is waar
Wat ik kende was de rust, de leegte die lethargie in de hand werkt en uiteindelijk: de lamlendigheid. Dat als je niets doet, je alsmaar minder gaat doen en ten slotte alles teveel lijkt. En ook: de drukte die steeds meer doen oproept. Dat je juist steeds meer lijkt te kunnen doen als je veel onderneemt, steeds meer ideeën krijgt en denkt dat er altijd nog wel wat bij kan.
Sinds kort ervaar ik echter ook een keerzijde van heel veel verschillende dingen te doen hebben – en dat dan ook nog op meerdere plaatsen, in verschillende sferen, met sterk uiteenlopend karakter en soms ook nog in twee talen. Een drukte die af en toe ‘verlammend’ werkt. Waardoor ik even helemaal niets doe en, ogenschijnlijk in alle rust, uit het raam kijk.
Ik vraag me dan af waarmee ik moet beginnen, en wanneer. Haal koffie, maak een praatje, probeer vrolijkheid te vinden in een ontspannen gesprek met wie ik dan ook maar tegenkom. Is dat uitstelgedrag? Een blokkade? Kan ik wel rusten op die momenten, heb ik dat echt nodig of denk ik dat maar?
Het simultaan leven, in deeltijd werken, in twee huizen verblijven, het schaken op meerdere borden tegelijk heb ik altijd inspirerend gevonden, een extra reden om op te staan. Maar soms lijkt het alsof ik, halverwege mijn wandelweg, in een donker bos ben beland en de weg niet weet.
Ik mag dan een Tweeling zijn en van nature geneigd tot verdeeldheid maar kiezen, prioriteiten stellen, ordenen, vooruitzien en op tijd beginnen maar ook op tijd stoppen lijkt belangrijker dan ooit geworden. Er is een grens aan de vanzelfsprekende versplintering.
Meestal kom ik weer op gang door met kleine klussen te beginnen. Taken die zeker geen prioriteit hebben maar ook een keer verricht moeten worden en tijdwinst opleveren, somewhere down the road. Gewoon om… in ieder geval begonnen te zijn, verder te lopen, weer onderweg te zijn. Zo laat ik de geest gecontroleerd uit de fles.
‘Ik ben er wel, maar de vraag is waar.’ Dat is mijn status.